Skip to main content

Op 23 november verzamelden een groep van ongeveer 25 mensen zich in een verlaten ondergrondse parkeergarage in de Internationale Zone van Den Haag. Deze plek vormde het startpunt voor het Exposium Culture of Control, een expeditie, expositie en symposium ineen die we organiseerden in samenwerking met Stroom Den Haag. Een zoektocht naar de vormgeving van controle in de stad.

In de Internationale Zone zijn organisaties gevestigd als Europol, NATO, Joegoslavië Tribunaal, en binnenkort Eurojust en het International Criminal Court. Het is een gebied dat op vele manieren is doordrongen van controle technieken, beheersdrang en veiligheidsutopieën. We stuitten op een bevreemdend ‘leeg’ gebied dat gedomineerd werd door ontelbare camera’s, beveiligers, hekken, rampalen en tankgrachten. Het doel was om gezamenlijk te onderzoeken hoe controle in dit gebied wordt vorm gegeven, hoe deze wordt beleefd en hoe we ons hiertoe verhouden. Welke ‘tools’ komen we tegen? Welke actoren spelen een rol in dit gebied? Wat voor ‘scenes’ worden hier opgevoerd?

Voor het Platform was het exposium na de Praagse Quadriennale ook een gelegenheid om opnieuw te onderzoeken hoe scenografisch denken en handelen kan worden ingezet om met elkaar naar de publieke ruimte te kijken en haar te onderzoeken, ditmaal vanuit het perspectief van controle. De vorm die we hiervoor op de PQ hebben ontwikkeld, willen we graag de komende tijd verder uittesten, verbeteren en aanscherpen. De belangrijkste ingrediënten zijn daarbij: collectief onderzoek met mensen uit verschillende disciplines en met verschillende achtergronden; ter plekke observeren; complexe realiteiten ontrafelen; observaties en ervaringen delen en openbaar maken; observaties vertalen naar ingrepen in de publieke ruimte.

Het exposium heeft ons wederom gesterkt in de overtuiging dat het de moeite waard is om met mensen met verschillende expertises en achtergronden ter plekke onderzoek te doen. Dat in die stapeling van perspectieven meer zichtbaar wordt en andere dingen zichtbaar worden. Maar ook werd haarscherp duidelijk dat de manier waarop je dit live onderzoek vorm geeft – de scenografie – bepalend is voor wat er wel en niet kan gebeuren, voor de potentie aan betekenissen die kunnen worden gecreëerd. Het lijken open deuren, maar de keuze voor de locatie, de volgorde van de programmaonderdelen, de tijdsduur, de materialiteit van de  ‘tools’ die je aanbiedt, de inhoud die je meegeeft, dat alles heeft een werking.

Zo dwong de scenografie de deelnemers voor alles om een groep te zijn en veel energie te stoppen in de sociale interactie en in keuzes als ‘gaan we hier links’ en ‘wie draagt de kaart’. De scenografie stond individuele deelnemers niet toe om op eigen tempo door het gebied te dwalen. Bovendien moesten de observaties direct worden vastgelegd in beeld en tekst, wat de ‘flow’ van het wandelen en kijken onderbrak. Zo werd materiaal verzamelen op een bepaalde manier een hinderlijke onderbreking van het kijken en ervaren. En uiteindelijk ontbrak het aan de tijd om echt met elkaar van gedachten te wisselen over wat we nu eigenlijk hadden verzameld. Wat hadden we gezien, gevoeld, gedaan en ons afgevraagd?

CuCo2

Het meest interessante was uiteindelijk nog wel misschien dat we ons realiseerden dat we onze deelnemers in de Internationale Zone hadden gedropt alsof het een eiland was. Een uitgesneden stuk ruimte, aangeboden op een kaart, losgezongen van de wereld erom heen. Dat is op zich niet verwonderlijk, gezien het feit dat de grenzen van dit gebied ogenschijnlijk zo nadrukkelijk en hard worden gemarkeerd door de architectuur en de stedenbouwkundige planning. Maar als scenografie ons natuurlijk iets kan vertellen, dan is het dat ‘on’ en ‘off stage´ niet los van elkaar kunnen worden gezien en dat het juist de overgangen en de relaties zijn die je als scenograaf vorm geeft en die betekenisvol zijn.

Als we nog een keer mochten, dan zouden we de grenzen onderzoeken en de wisselwerking tussen enerzijds die vreemde, hypergecontroleerde, gestileerde, overzichtelijke, onpersoonlijke, leeg aandoende publieke ruimte die van alle sporen van dagelijks leven is ontdaan en anderzijds de intimiteit, geborgenheid en huiselijkheid van de omringende woonwijken, maar ook de hectiek, rommeligheid en onoverzichtelijkheid van het stadscentrum vol winkels, restaurants en cafés.

En dan hadden we het kunnen hebben over hoe het komt dat het na de aanslagen van Parijs voelt alsof daar, in die Internationale Zone van Den Haag, al die beveiliging, die camera’s, die hekken en obstakels en het machtsvertoon zich op de verkeerde plek hebben genesteld. Op de laatste plek waar iemand die kwaad wil en een stad of land wil raken, zou toeslaan.

We gaan de komende tijd gestaag verder met doordenken en ontwikkelen van onze vorm. Op 27 januari a.s. zijn we te gast bij SharedSpace, een tweedaags scenografie evenement in Het Huis, Utrecht. Daar, met de Amsterdamse Straatweg als ons speelveld, mogen we ons concept loslaten op een groep professionals uit binnen- en buitenland.

Leave a Reply