Met ENCOUNTER#3 begon Joost van Wijmen het derde deel van ENCOUNTER, een onderzoek naar het ervaren van fysiek contact.
Joost van Wijmen was een week lang als resident te gast in Het Huis te Utrecht. Hier ontwikkelde hij nieuw materiaal, nodigde vakgenoten en onbekenden uit voor “test”ontmoetingen waarbij aanraking en intimiteit centraal stonden. Dit resulteerde in ervaringen en reacties die hij gaat gebruiken om zijn onderzoek verder te ontwikkelen.
Van Wijmen vervolgt ENCOUNTER#3 van 24 t/m 28 november in het Stedelijk Museum ’s-Hertogenbosch, dan als onderdeel van het project Reinventing Happiness. http://reinventinghappiness.nl/bosch-geluk/joost-van-wijmen/
Hieronder een kort verslag van de residentie.
Het is 8 september, de eerste dag van de residentie. Ik houd bij door wie ik word aangeraakt, wie ik aanraak en hoe ik dat beleef. Dat waren:
7.10 uur: Een kus van Michel. Tijdens een mindful-oefening, die moeizaam ging en waarbij mijn laptop op de grond viel. Ik werd woedend. Dat was weinig mindful.
10.15 uur Cobie, de directeur van het Huis en ik geven elkaar een hand als welkomsgroet.
Wat mij op valt was dat ik gedurende de dag veel contact heb met het meisje achter de bar, maar haar niet aanraak. Van Elias, medewerker van het Huis, hoor ik later die dag dat ze Rachella heet.
10.45 uur Ik geef een hand aan de mevrouw van de catering. We liepen al verschillende keren langs elkaar en in elkaars blikveld. We deden of we elkaar niet zagen. Toch besluit ik haar een hand te gegeven. Dit gaat formeel en wat ongemakkelijk. Ik weet haar naam niet meer.
12.35 uur Guido, medewerker van het huis, geef ik een hand.
Dit is een pijnlijk moment: hoewel ik hem reeds had ontmoet verwar ik hem met Elias.
± 13.00 uur Elias, hoofd techniek van het Huis, geef ik een hand.
13.34 uur Ben Visser aangeraakt. Met hem voer ik een eerste test uit.
Ben heeft een bijzondere relatie met zijn lichaam. Twee jaar geleden was hij half verlamd. Dat heet een incomplete dwarslaesie, leer ik van hem.
Dit was een gevolg van een storing in zijn zenuwnetwerk onder aan de rug door een bacterie. Hij moet sindsdien met zijn verstand lopen en niet met zijn gevoel. Het gaat dus niet meer vanzelf maar het is voor hem een bewuste handeling. Ik ga Ben’s maten registreren.
Van 14.45 uur tot 17 uur ben ik op de HKU. Daar werd ik 3x door Trudi op mijn schouder getikt. Dit als illustratie van wat een robot in Linz, Oostenrijk deed, op een festival dat zij had bezocht.
Tijdens het lesgeven aan de 1e jaars studenten van Theatre Design vraag ik de studenten bij te houden wie ik aanraak en door wie ik aangeraakt word.
Door mij aangeraakt zijn:
Thijs 2x (daar zat ik rechts naast)
Evelien 2x
Yorinde 2x (daar zat ik links naast)
Joske 1x
Sameth 1x
Ik werd door geen enkele student aangeraakt.
De dagen die volgden ontwikkelde ik diverse handelingen waarin een lichaam wordt uitgenodigd om op een eenvoudige wijze fysiek contact te maken met een ander lichaam. Enkele van deze handelingen waren: handen schudden, elkaar omhelzen, voeten wassen, lichaamsmaten zichtbaar maken, van kleding wisselen, aangekleed worden, het markeren van de plekken waar twee lichamen elkaar aanraken gedurende de ontmoeting, het tonen en borduren van littekens, het draperen van mijn kleding als een huls; alsof ik ze nog aan heb.
Deze handelingen hebben voor de ander, in eerste instantie, de schijn van functionaliteit. Ik geef een reeks taken en opdrachten die we uitvoeren om resultaten te verzamelen. Maar het onderzoek heeft niet tot doel meetbare data te verzamelen. Het zijn taken of opdrachten waarbij intimiteit centraal staat. Handelingen waarbij, zoals één van de testpersonen sprak, de schil om je lichaam heen voelbaar wordt. Het heeft iets ongrijpbaars, maar het maakt indruk.
Aanvankelijk voer ik deze handelingen uit bij een ander of gaf een ander de opdracht dit bij mij te doen. In de tweede week laat ik dit tussen twee personen plaatsvinden die komen testen.
Wat de testpersonen na afloop hebben ervaren is:
– dichtbij (elkaar) komen
– het aanraken of de aanraking
– de intimiteit en de spanning die dit oproept
– je verbinden met een ander
– je bewust worden van je eigen lichaam en het lichaam van de ander, waarbij de zintuigen worden aangesproken.
Door bijvoorbeeld de nog warme, soms vochtige, kleding van de ander te dragen kom je heel dichtbij de ander. Je ruikt de ander. Je voelt de ander.
Over het litteken zegt Sigrid: “Het opmeten van de maten is van alle tests die Joost uitvoert nog de meest onschuldige. Anders wordt het al wanneer Joost vraagt of ik littekens heb en die aan hem wil laten zien. Ik laat mijn broek zakken. Met een ballpoint markeert hij het litteken dat ik aan een heupoperatie heb overgehouden. Hij maakt een aantal foto’s. Ik maak me in stilte zorgen of ik me wel goed genoeg geschoren heb en of mijn onderbroek heel is. Joost gaat doortastend te werk, legt een zijden doek over mijn been en speldt hier trefzeker het begin en eind van mijn litteken op. Vervolgens rijgt hij een draad door de doek en schetst zo losjes de vorm van het litteken. Mijn geopereerde heup verschijnt naast iemands beschadigde knie en weer iemand anders snee in het voorhoofd. Achter ieder litteken zit een persoonlijk verhaal. Joost vraagt mij om dat verhaal op te schrijven en plakt het op de muur naast de andere verhalen. Later wordt met een borduursel mijn litteken zorgvuldig in de zijde gemarkeerd. De kleur van de wol wordt bepaald door hoe oud het litteken is. Zo ontstaat een uniek landschap van oude wonden.
uit: De menselijke maat, artikel in de Theatermaker door Sigrid Merx, oktober 2015
Hoewel de onderzoeksweek nog veel vragen oproept, zowel bij mij als bij de testpersonen en het project in ontwikkeling is, word ik me door de residentie sterk bewust van de kracht van het project.
Iedereen heeft een lichaam en met dit lichaam verhouden wij ons iedere dag tot de ander. We doen dit constant en het gaat vaak onbewust. Door in dit project de aanraking te ensceneren worden we ons sterk bewust van de intensiteit van een aanraking. Sociale regels worden doorbroken. Je wordt intiem binnen een ongebruikelijke context. Je voelt een vreemd persoon. Deze intimiteit roept spanning op maar maakt je ook scherp. De nabijheid van de ander wordt voelbaar en daarmee word je je sterk bewust van je eigen lichaam, de ruimte die dit inneemt en hoe deze ruimte telkens verandert in relatie tot een ander.
ENCOUNTER#3 krijgt van 24 t/m 28 november in het Stedelijk Museum ’s-Hertogenbosch een vervolg. Het is dan onderdeel van het project Reinventing Happiness en voor publiek toegankelijk. Wil je een ENCOUNTER meemaken dan ben je van harte welkom! http://reinventinghappiness.nl/bosch-geluk/joost-van-wijmen/
ENCOUNTER#3 is een praktijkgericht onderzoek naar het ervaren van fysiek contact dat Joost van Wijmen verricht met steun van het Lectoraat Performatieve Maakprocessen van de HKU, Platform Scenography, Het Huis, Utrecht en het Stedelijk Museum ’s Hertogenbosch.